Heb jij weleens een beslissing gemaakt?

Een verslaggever houdt een microfoon onder je neus. Je team heeft net een wedstrijd verloren. Hij vraagt je waarom je toch besloten hebt tot een onfortuinlijke wissel in de tweede helft. Natuurlijk heeft de verslaggever gelijk. Maar dat wisten hij en jij niet toen jij op zoek moest naar een kantelpunt in de wedstrijd. Je zoekt naar een verklaring voor je beslissing en kan even niet op de juiste woorden komen. Welke afwegingen kwamen op dat ene cruciale moment voorbij? Welke rechtvaardigingen zijn er achteraf voor je keuze? Wat zou de reden kunnen zijn waarom het niet uitpakte zoals gehoopt? Vragen die zorgen voor kortsluiting in jouw arme hoofd, dus je zegt: 

‘Ik moest een beslissing maken.’

Ik luisterde naar de radio toen ik het voor het eerst iemand hoorde zeggen. Het is vast een verspreking, dacht ik toen nog. Maar na die ene keer ging ik het steeds vaker horen. 

In het Nederlands neem je een beslissing. Maar nemen klinkt misschien te veel alsof het je is komen aanwaaien. Je zit achter een lopende band waarop een stroom aan oplossingen aan je voorbijkomt en je neemt die ene die er het aardigst uitziet. Dat kan iedere sukkel.

Nee, dan is een beslissing maken veel beter. Daarvoor moet je hard werken. Je hebt een handleiding nodig of misschien zelfs een beslisboom. Je hebt allerlei losse onderdelen die je tot een logisch geheel in elkaar moet zetten. Met een beslissing maken kun je in hardwerkend Nederland voor de dag komen. De uitkomst is misschien niet oogstrelend maar klinkt wel daadkrachtig.

Zou dat het zijn waarom iedereen met de uitdrukking: een beslissing maken, aan de haal gaat? Of is het een Anglicisme?

Je zit aan een talkshowtafel al een tijdje te luisteren naar het onderlinge gekibbel van twee andere gasten. Je gedachten dwalen af naar een songtekst van je laatste album, de reden waarom je hier zit. Ineens voel je dat iedereen verwachtingsvol naar je kijkt. 

Eh. 

De talkshow host helpt je door de vraag te herhalen. Waarom heb je gekozen voor dit liedje?

Terwijl het zweet je uitbreekt is: Making a decision, het eerste wat in je op komt, dus je zegt:

Ik moest een beslissing maken.

Bij welke uitdrukking denk jij weleens: Eh, hoor of lees ik dat nou goed?

Geplaatst in Werk

De onverwachte gast

Het oude team Service en Informatie is bijna compleet. Het wachten is op Joyce en Ellen. Die hebben wat oponthoud dankzij een file op de A13. Ze appten net allebei dat ze er met een minuut of tien zullen zijn. Het is alweer drie jaar geleden dat ze elkaar in deze samenstelling hebben gezien. Corona, ander werk voor Esther en pensioen voor Joyce hebben ervoor gezorgd dat ze elkaar uit het oog zijn verloren.

En dan nu een reünie in het favoriete café van het hele team, Bickers, op de markt tegenover het Stadhuis. De plek waar vele wijntjes werden weggedronken en vele tranen gedroogd. Meestal om wat de teammanager gezegd of gedaan had. Tranen van woede en leed maar ook van de slappe lach. Dat laatste altijd als Janneke een levensechte imitatie deed van Martin. 

Daar zwaait de deur open. Eerst komt er een koude windvlaag naar binnen, dan wordt het zware gordijn tegen de tocht opzij geduwd. Het is Martin die binnenstapt: hun teammanager. Het gesprek valt stil, iedereen staart de onverwachte gast aan. 

‘Leuk dat jullie mij ook uitgenodigd hebben,’ zegt hij met een scheve grijns op zijn gezicht. Om aan te kunnen schuiven bij het gezelschap, trekt hij een stoel bij van een ander tafeltje.
Wie heeft hem uitgenodigd? Denkt Esther, ze kijkt de kring rond. Mariam is wit rond haar neus geworden, Janneke heeft zich verslikt in haar wijn en zoekt koortsachtig naar een zakdoek. Nee, van die twee kan ze zich het niet voorstellen. Misschien dat Ellen zich heeft versproken. Zij vindt Martin nog geweldig en hij haar ook trouwens.
Om de situatie te redden staat Esther op. ‘Leuk dat je er bent Martin, wat wil je drinken.’
‘Nog niets veranderd onze Esther, altijd degene die de boel gaat redderen. Doe mij maar een Sauvignon Blanc, alsjeblieft.’


Esther klemt haar kaken op elkaar als ze naar de bar loopt om de bestelling te doen.
Als ze terugloopt met twee glazen wijn, ze kon zelf ook wel wat gebruiken, ziet ze dat achter Martin, Joyce en Ellen het café komen binnenlopen. Joyce werpt een vertwijfelde blik naar haar na een bijna onzichtbaar knikje in de richting van de rug van Martin. Esther haalt haar schouders op, ten teken dat ze het ook niet weet.
Als iedereen is voorzien van een drankje, probeert Janneke het gesprek weer vlot te trekken. Ze waren voordat Martin binnenkwam, Esther aan het uithoren over haar nieuwe baan bij de gemeente Waalkerk. Ze is daar zelf teammanager geworden, bij de afdeling vergunningen.
Martin vraagt haar honderduit over álle collegeleden en managers die hij daar nog kent. Wat er van ze geworden is en wat haar eerste indrukken zijn. Esther gaat rustiger ademhalen. Onder deze warme belangstelling smelt haar achterdocht weg.


‘En zeg nu eens eerlijk Esthertje, verveel je je niet een beetje in dat gat?’
‘Waarom denk je dat, jij hebt het daar toch ook naar je zin gehad?’
‘Ja, dat was in het begin, ik kwam net van de universiteit en dan vind je alles nog interessant. Zeg nou zelf, een stad zoals deze kent toch veel boeiendere vraagstukken.’ Bij de laatste zin maakt hij een breed armgebaar en kijkt de kring rond of iemand bereid is zijn woorden te benadrukken. Altijd is er iemand die daar intrapt. Vandaag is dat Ellen.
‘Ik ben elke dag weer blij dat ik dat suffe Moerdrecht achter me heb gelaten om hier te komen werken,’ verzucht ze.
Met een glimlach op zijn gezicht, zoals een kat heeft als hij met zijn linker poot een muis dodelijk heeft getroffen, kijkt Martin naar Esther om een reactie. Die kiest ervoor om naar de voet van haar wijnglas te staren. Iemand anders in het kringetje gaat door op die boeiende maatschappelijke problemen in deze fantastische stad. Esther volgt het allemaal niet. Ze zit zich te verbijten omdat Martin het weer voor elkaar heeft gekregen dat ze zich klein voelt. Ze was enorm trots op haar promotie en nu is ze bijna in tranen. Ze herinnert zich ineens dat iemand haar ooit heeft verteld dat Martin indertijd niet vrijwillig is weggegaan bij Waalkerk. Ze heeft na een teamdag weleens zitten vissen bij Martin, maar zelfs aangeschoten bleef hij vaag over de redenen van zijn vertrek. Hij had ze eens goed de waarheid verteld en daar konden ze in Waalkerk niet tegen.


Esther kijkt op en ziet het verstrakte gezicht van Janneke. Naast haar is Martin geanimeerd bezig met het afkraken van het groot opgezette verandertraject van de nieuwe gemeentesecretaris. Volgens hem weer iemand met grootheidswaan die vindt dat de boel eens flink opgeschud moet worden. Laat dat nu net het project zijn waar Janneke voor gevraagd is. Vorige week vertelde ze haar dat. Ze straalde helemaal. 

‘Maar gelukkig hebben we Janneke om voor ons in de gaten te houden dat er geen gekke dingen gaan gebeuren. Dat is toch zo?’ Hij legt zijn hand zo op haar schouder dat ze hem aan moet kijken. Janneke mompelt iets over nog inlezen in de materie en het doel bepalen en moet dan naar woorden zoeken.
‘Ik hoop dat ze mij ook eens zullen vragen bij zoiets te helpen, lijkt me echt ontzettend gaaf,’ zegt Ellen terwijl ze bloost. Martin kijkt haar verbaasd aan alsof hij niet wist dat ze in staat was geluid te maken. 

‘Maar lief kind, dan zul je toch wat van je naïviteit moeten zien kwijt te raken.’ Martin heeft niet in de gaten dat zijn woorden hard aankomen bij Ellen. Hij is al op zoek naar een nieuw slachtoffer.
Maar dat gaat niet gebeuren, denkt Esther. De drang om iets te ondernemen, doet haar opstaan. 

‘Zal ik voor iedereen nog een drankje bestellen?’ 

‘Ja,’ brult Martin, ‘bestel dan gelijk een borrelplank, gezellig. Ik betaal.’
Bij die laatste woorden, krijgt een Esther idee. Ze fronst haar wenkbrauwen richting Janneke, als om te vragen: help je mij? Janneke begrijpt het signaal en knikt.
Als de nieuwe drankjes zijn gebracht proberen Esther en Janneke Martin aan de praat te houden over zijn projectjes en lidmaatschappen van overlegclubjes, zijn favoriete onderwerp. 

Ondertussen verwisselen ze hun volle glazen witte wijn telkens voor het lege glas van Martin. Ellen die minstens een half uur op de wc heeft gezeten voordat ze met dikke ogen terugkwam, heef het eerst in de gaten wat Esther en Janneke aan het doen zijn. Ze vraagt wie er nog er nog wat wil drinken en als Martin zijn hand opsteekt, zegt ze: ‘Maar je glas is nog helemaal niet leeg.’ Martin kijkt verbaasd naar zijn volle glas, hij dacht toch echt dat hij dat net leeg had neergezet. Als hij vervolgens in een teug de wijn achteroverslaat en het glas aan haar geeft, kan Ellen een glimlach nauwelijks onderdrukken: dit gaat heel goed, hoezo naïef? 

‘Wakker worden,’ er trekt iemand aan zijn arm. De man komt hem ergens bekend voor. Het is Sjors, de eigenaar van Bickers. Wat doet die hier? Martin gaat rechtop zitten en kijkt eens rond. Verrek, hij is in Bickers. Beetje bij beetje komt de avond terug op zijn netvlies. Een niet aflatende stroom van drank en hapjes. Een vaag gevoel van misselijkheid maar vooral schaamte doet hem speuren naar wat er vanavond verkeerd kan zijn gegaan. 

‘Te veel gedronken, Martin,’ helpt Sjors. ‘De dames zijn opgewekt vertrokken. Ze vertelden dat jij alles ging betalen.’
Te veel gedronken dat is niet het ergste, maar misschien ook te veel gezegd en gedaan. Zoals de belofte om alles te betalen. Hij hoopt dat er nog genoeg geld op zijn rekening staat. De verhalen zullen volgende week wel rondgaan op kantoor. Zijn twee pasjes doen het niet, gelukkig heeft hij zijn creditcard meegenomen. 

‘Ik zou je fiets maar hier laten staan.’
‘Het is maar een klein stukje en zo laat is er toch niemand meer onderweg.’
‘Dan moet je het zelf maar weten.’ Sjors haalt zijn schouders op en gaat verder met opruimen. Met een gebogen hoofd verlaat Martin Bickers. Zelfs de gedachte dat tijd en Corona het uiterlijk van die stomme wijven geen goed hebben gedaan, beurt zijn ego nauwelijks op. 

Schrijfopdracht - De onverwachte gast

Een onverwachte gast komt een bijeenkomst binnenwandelen. Dat mag een vriend of vijand zijn, een bekende of onbekende. De gast mag met liefde worden onthaald of worden weggejaagd. Je bent daarin helemaal vrij. Wel zijn er twee voorwaarden:
•	Het moment of de plaats waar je personage bij aansluit, moet van enig belang zijn. Denk dus aan een begrafenis, belangrijke vergadering, een verjaardag, of een theekransje waar toevallig een gevoelig of belangrijk onderwerp wordt besproken.
•	Het feit dat de gast bij de bijeenkomst aansluit, moet gevolgen hebben voor de invulling van deze bijeenkomst. 
Te vinden op: schrijvenonline


Wil je meer creativiteit in je werk, neem dan vrijblijvend contact met me op.
Geplaatst in Huis, tuin en keuken

Een klein wonder

Boodschappen binnen, cadeautjes klaargelegd, bijna klaar voor de kerst. Nu nog even snel een verhaal schrijven. Wat maakt een verhaal tot het ultieme kerst verhaal? Die vraag speelt al weken door mijn hoofd. Het meisje met de zwavelstokjes, The Sound of Music en De Notenkraker, duiken op uit de stofnesten van mijn geheugen. 

Let it snow

Sneeuw moet er in zitten of in ieder geval winterse kou. De ontberingen van een ongenode gast tegenover de warmte van een gezellig huis waar een familie zich klaarmaakt voor het kerstmaal. Denk aan: A Christmas Carol of aan de reclame van een supermarktketen vorig jaar. Twee mannen zijn verdwaald geraakt in een koud en donker bos en kunnen hun gezinnen niet terug vinden. Die zaten ondertussen al lang aan tafel.

We waren jaren geleden eind november in Nieuw Zeeland. De winkels waren versierd voor de kerst terwijl we er in een korte broek rondliepen. Het viel niet mee om bij dertig graden een kerstgevoel te krijgen.

Een kiwi met kerstmuts

Welbehagen in de harten van de mensen

Dat iemand tot inkeer komt, ineens zijn betere ik laat zien, hoort ook thuis in een kerstverhaal. Scrooge die ineens gul geschenken uit gaat delen. De ouders die helmaal niets tegen de vriend van hun zoon blijken te hebben in een reclamefilmpje. De muizen uit het boek: Frederick, van Leo Lionni die hun honger vergeten als Frederick ze mooie verhalen vertelt.

En een beetje magie

Ik ga op zoek naar het boek over de muizen om een mooi fragment op te zoeken voor in mijn verhaal. Als ik het open sla, glijdt er ineens iets wits uit. Ik pak het op, het is een sneeuwpopje van papier dat ik ooit zelf uitgesneden heb. Dat ontbrak er nog aan, een klein onverwacht wonder waar je helemaal blij van wordt. Ik hang mijn vondst direct op de glazen deur van de woonkamer. Mijn kerst is compleet.

Geplaatst in Huis, tuin en keuken

Vroeger was alles beter

Mijn zus en ik sturen elkaar als blijk van zusterliefde regelmatig kaarten met twee vrouwen erop. We doen het al een tijdje dus is het een flinke zoektocht geworden om een originele te vinden. Vorig jaar kreeg ik er een in de vorm van een scheurkalender.

Elke dag een verhaaltje over hoe het vroeger was en niet altijd beter. Ene Hennie vertelt op maandag 28 februari hoe vies de schoolmelk smaakte, in de zomer te lauw en in de winter bij de verwarming ontdooit. Dat kwam de smaak niet ten goede.

Wij kregen geen schoolmelk. Ik denk dat dat kwam omdat bij de helft van kinderen uit onze klas thuis de koeien in de wei stonden. Bij de andere helft werden aardbeien of bieten verbouwd. Wij kwamen dus niks te kort was de opvatting van het schoolbestuur.

Drie glazen melk per dag, dan word je sterk als wat, als wat eigenlijk? Er was een reclame van een jongetje dat Joris heette, Joris Driepinter. Hij beleefde spannende avonturen en overwon alles omdat hij drie glazen melk dronk. Waarom hij de achternaam Driepinter had, begreep ik niet helemaal, maar ik denk nu dat dat te maken met de inhoudsmaat van het glas. Wat ik nu wel vergeten ben, zijn de avonturen die Joris beleefden. Of ben ik in de war met Popeye die ontzettend sterk werd als hij spinazie at. Als hij zijn liefje Olijfje moest redden klokte hij een blik spinazie leeg en ging dan haar belager te lijf. Je zag niet precies wat er gebeurde maar na wat bliksemflitsen en donderwolken was er niets meer over van de boef.

Wonderlijk dat gezond eten toen al met een smoesje aan kinderen werd verkocht.

Geplaatst in Huis, tuin en keuken

Mijn ideale dag in een verder fantastisch leven

De zon werpt een straal licht door een kier tussen de gordijnen en maakt een streep op het dekbed. Het licht raakt net de blote schouder van E die nog ligt te slapen. Ik draai me nog eens om. Eigenlijk ben ik uitgeslapen. Wat zal ik vandaag eens gaan doen? Ik heb niets afgesproken, een hele dag voor mijzelf, waar heb ik zin in? 

Lees verder “Mijn ideale dag in een verder fantastisch leven”
Geplaatst in Huis, tuin en keuken

Samantha en het jaar van de teen

3 januari 2020

Van een onzer verslaggevers

De werkelijkheid is vaak nog veel vreemder dan fictie. Je hoeft maar een willekeurige krant open te slaan en je vindt een mooi verhaal. Neem bijvoorbeeld het bericht van vorige week zaterdag uit deze krant:  

Vrouw breekt drie keer zelfde teen

Op kerstavond belandde een onfortuinlijke vrouw voor de derde keer op de spoedeisende hulp van het ziekenhuis in Almelo. Dit keer samen met haar verloofde die een hersenschudding opliep bij een poging haar te behoeden voor een val. Als dit geen vette pech is op wat een mooie romantische kerstavond had moeten worden. Alle reden dus om met een bloemetje langs te gaan en haar verhaal op te tekenen.

Kop uit de krant met de tekst Samantha en het jaar van de teen

Ik tref Samantha Slettenhaar thuis aan de keukentafel samen met haar zus Kim. Uiterlijk lijken ze totaal niet op elkaar, de een is donkerharig met bruine ogen, de ander is mollig en blond. Maar het zijn allebei goedlachse dames die geen blad voor de mond nemen. Samantha bedankt me voor de bloemen en voor de goede wensen voor het nieuwe jaar. Terwijl haar zus Kim de bloemen in het water zet, begint ze te vertellen. De geschiedenis van de teen begon het afgelopen voorjaar. Tijdens een avondje stappen, het plan was om naar cafe De Ommezwaai aan de Kerkstraat te gaan, struikelt Samantha over een losliggende stoeptegel. Omdat het ging om haar grote teen moest ze enkele weken in het gips.

Heb je nog overwogen om de gemeente aansprakelijk te stellen voor het ongeval?

Kim: ‘Wel nee joh, die stoeptegel stak nog geen millimeter omhoog. Daar kwam het niet door. Mijn zus heeft het gewoon aan zichzelf te danken. Ze moest zo nodig haar nieuwe pumps van Jimmy Choo aan om indruk te maken op Sjoerd.’

Samantha: ‘Ik kon er best op lopen. Als jij niet onverwacht aan mijn arm had getrokken was er niets aan de hand geweest. Je was gewoon jaloers’.

Kim: ‘Ik geef helemaal niks om van die dure schoenen.’ 

Samantha: ‘Je weet best wel wat ik bedoel.’  Ze slaat haar armen over elkaar en richt haar blik op het lege aanrecht.

Kim: ‘Ik zag dat je ging struikelen en probeerde je alleen maar overeind te houden, zusje.’

Er valt een stilte, beide dames lijken nu een stuk minder goedlachs. In de hoop de lucht wat te klaren, stel ik een nieuwe vraag. 

De tweede keer dat je je teen brak, was dat ook omdat je struikelde?

Samantha: ‘Dat was van de zomer tijdens zo’n hele warme dag. We waren Sjoerd gaan helpen om de binnenplaats van De Ommezwaai op te ruimen. Dan konden we daar ’s avonds lekker barbecuen. Ik had mijn mooie slippertjes van Dolce & Gabbana aan de kant gegooid. Zonde om die vuil te laten worden, maar het was niet slim om daar op blote voeten rond te lopen. Mijn zus stootte de vuurkorf om en die kwam op mijn voet terecht.’

Kim: ‘Waarom vertel je niet wat er echt gebeurd is? Ik liet die vuurkorf per ongeluk op je slippertjes vallen. Je dacht dat ik dat expres deed omdat ik jaloers zou zijn. Je schold me helemaal verrot en trapte toen uit woede tegen het tuinmuurtje. Daardoor brak je je teen opnieuw en kreeg je nog een bloedvergiftiging op de koop toe.

Ze kijkt triomfantelijk naar haar zus, die op haar beurt rood is aangelopen. 

Samantha: ‘Ik zei dat alleen maar om je te sparen zus, tegenover de journalist.’

Om de dames naar een ander pad te te leiden, vraag ik Samantha snel of ze er erg veel last van had gehad.

Samantha: ‘Weet je, Kim was het eerste kind in ons gezin. Ze kreeg lange tijd de onverdeelde aandacht van onze ouders. Ze kan het nog steeds niet zetten dat ik dat kwam verstoren.’ 

Ik zeg dat ze zich daarin kan vergissen. Ik heb bij mijn oudere zus nooit iets van jaloezie heb bemerkt.

Samantha: ‘Dat komt omdat jij een jongen bent, dat is anders. Neem dat maar van mij aan.’  Dat lijkt me inderdaad de verstandigste route uit dit mijnenveld en ik stap gelijk maar over naar de derde teenbreuk.

Wat bracht je op kerstavond opnieuw op de spoedeisende hulp? Mijn blik gaat naar haar dik ingepakte voet.

Samantha: ‘Ik had Sjoerd uitgenodigd voor een etentje. We waren allebei alleen op kerstavond, dus ik dacht waarom niet? We zaten net gezellig saampjes op de bank, de stoofschotel stond in de oven, belt mijn zus.

Kim: ‘Ik begreep er helemaal niets van, mijn zus die niet mee wilde naar De Ommezwaai. Ze had me helemaal niet verteld dat ze Sjoerd had uitgenodigd. Ze zei dat ze nog werk te doen had.’

Samantha: ‘Ze vertelt er niet bij dat ze al elke keer dat ik met mijn poot omhoog zat hetzelfde deed. Om een lang verhaal kort te maken: Haar telefoontje bracht me zo van mijn a propos dat ik die stoofschotel helemaal vergat.’

Kim: ‘Volgens mij had je gewoon last van schuldgevoel.’

Samantha: ‘Wat jij wil, in ieder geval, ineens ging het rookalarm af. Ik wilde naar de keuken rennen maar struikelde ergens over. Verder herinner ik mij alleen maar een hoop lawaai. Als ik weer bijkom lig ik in het ziekenhuis en kijk in de ogen van mijn zus.’

Wat is er met Sjoerd gebeurd en hoe is het nu met hem?

Kim: ‘Samantha struikelde over het kleed dat ze al jaren geleden weg had moeten doen. Sjoerd probeerde haar op te vangen en samen kwamen ze met hun volle gewicht terecht op de glazen salontafel. Of liever ze gingen er dwars doorheen. Sjoerd raakte gewond aan zijn hoofd en Samantha brak weer eens haar teen. Het lukte Sjoerd nog net om 112 te bellen voordat hij ook out ging.’

Samantha: ‘Mijn schapenwollen kleed zat helemaal onder het bloed, het was een enorme ravage.’

Maar hoe gaat het nu met je verloofde?

Samantha: ‘Het is mijn verloofde helemaal niet. Dat hebben jullie er maar van gemaakt. Alleen omdat we niet veel aan hadden.’

Kim: ‘Je hebt niet veel aan een man die bij het minste geringste onderuit gaat.’

De zussen zijn plots weer eensgezind. Ze nemen me ineens keurend op van top naar teen.

Kim: ‘Heb jij voor vanavond al plannen?’ Ze legt haar hand op mijn knie.

Ik drink snel mijn koffie op en mompel iets over overwerk. Ik bedank ze hartelijk voor het interview.

Geplaatst in Huis, tuin en keuken, Kunst en Cultuur

Over kerstverhalen

‘Marley was dead, to begin with. There is no doubt whatever about that. ……as dead as a door-nail.’

Dat is nog eens een binnenkomer. Het is het begin van een van de beroemdste kerstverhalen, talloze malen verfilmd. A Christmas Carol van Charles Dickens. Het bevat alle elementen van een goed kerstverhaal. Een gierigaard komt op het allerlaatste moment tot inkeer. Dankzij het bezoek van drie geesten, beseft Scrooge dat het leven kort is en je er maar beter van kunt genieten samen met wie je lief zijn.

Vrede op aarde, in de mensen een welbehagen.

Waarschijnlijk is het andersom en is A Christmas Carol, de standaard voor een goed kerstverhaal geworden.

Goed of slecht

Het eerste kerstverhaal ooit, dat van Jozef en de hoogzwangere Maria die in een koude decembernacht overal de deur werden gewezen is natuurlijk ook een ijzersterk verhaal. Mensen met koude harten die het wonder van het leven niet willen zien. Een pas geboren kindje met alle beloften in zich en een ster die weg wijst.

Licht of donker

Een kerstverhaal loopt niet altijd goed af. Als kind lag ik wakker van: Het meisje met de zwavelstokjes, een sprookje van Hans Christiaan Andersen. Het arme kind vriest dood. De enige troost is dat haar laatste gedachte haar bracht bij een gelukkige herinnering. Een warm hart was niet genoeg tegen de winterkou.

Warm of koud

Kerstmis, eindeloos veel tijd om je hart te vullen met verhalen en je pen leeg te schrijven. Ik ben dat in ieder geval wel van plan. Inspiratie nodig? Die vind je in dit artikel uit de Trouw van 8 december 2005. En zijn je vrienden of familie tot tranen toe geroerd of konden ze de spanning niet verdragen, stuur je verhaal dan voor 31 december in als Verhaal van de maand.

‘…..and it was always said of him that he knew how to keep Christmas well’

Geplaatst in Mijn tante Hetty

Mijn tante Hetty, deel 22: Slot

‘Mara, kom je eten?’

‘Ik kom zo mam, even mijn verhaal afmaken.’

Victor was bang dat hij gearresteerd zou worden. Gelukkig kon tante hem geruststellen. Ze heeft de politie gebeld en gevraagd gelijk langs te komen voor onze verklaringen. Victor heeft alles verteld wat hij wist over Remco en laten zien hoe je een computer van een ander kan overnemen. De agenten waren zwaar onder de indruk. Jongelui als Victor, zeiden ze, waren in de toekomst hard nodig bij de politie. Ze hadden ook nog vragen voor mij en tante. Of we nog iets verdacht hadden opgemerkt. We vertelden van de achtervolging. Dat was dus de politie die de winkel van Bert en wie er allemaal kwamen al een tijdje in het oog hield. Ze hadden tante ook verdacht en haar op het politiebureau uitgenodigd. Ze had toen alles uit kunnen leggen, maar de zaak was die avond in de versnelling geraakt. Het werd te gevaarlijk bij haar huis. Helaas wisten ze niet waar ik was. De hele avond hebben ze voor het huis gepost.

Nadat ze alles in hun boekje opgeschreven hadden, brachten de agenten Victor naar huis. Ze wilden ook nog met zijn moeder en broertje praten. Tante en ik zijn die avond vroeg naar bed gegaan. We waren erg moe. Alleen, slapen kon ik niet. De hele nacht speelde alles opnieuw door mijn hoofd. Vooral het moment dat we met Gert in de kelder zaten en de criminelen begonnen te schieten.Wat als ze Gert hadden geraakt? Wat zou er dan gebeurd zijn, misschien waren Victor en ik er wel niet meer geweest? Ik probeerde er maar aan te denken dat ik morgen papa en mama weer zou zien.

Dat is al weer een paar weken geleden. Ondertussen zitten Remco en zijn maatjes in de gevangenis te wachten op hun proces. Tante is nog steeds de advocaat van Bert. Hij zegt dat hij er spijt van heeft dat hij ons in gevaar heeft gebracht. Tante gelooft hem maar half. ’Hij zou het morgen weer doen Mara, alles voor geld.’ Maar zelfs de meest leugenachtige crimineel heeft recht op een verdediging, vindt ze. En haar hypotheek moet ergens van betaald worden. Ze vertelde dat Bert er maar niet over uit kan, dat er in de villa zoveel flessen dure wijn lagen en hij er niets van wist. Ze zijn meer waard dan die hele drugshandel van hem. De overgrootvader van Estelle en David had de wijn kelder ooit laten bouwen. Niemand wist dat die wijn zoveel waard was geworden. De buren van tante hopen nu de schulden af te kunnen lossen.

En ik? Ik ben blij weer in ons eigen huis te zijn. Lekker op mijn eigen kamer terwijl mijn vader en moeder samen aan het koken zijn. Voorlopig geen avonturen meer voor ons.


Dit was het laatste hoofdstuk. Ik ga het de komende tijd losse eindjes bijwerken, herschrijven en nog eens herschrijven en dan wie weet. Om het verhaal helemaal rond te maken heb ik alvast een proloog geschreven:

Proloog

Ik ben een denkertje. Dat zei de mevrouw van slachtofferhulp. Bij denkertjes blijft alles wat ze meemaken in het hoofd rondtollen Het was daarom goed dat ik alles zou opschrijven, zodat ik weer beter kon slapen. Er is zoveel gebeurd dat ik het niet allemaal meer precies weet. Gelukkig heb ik af en toe wat opgeschreven in mijn dagboek en heb ik de berichtjes op WhatsApp. Het is fijn om weer gewoon thuis te zijn. Ik hoor mijn vader en moeder beneden rommelen in de keuken. Ik ruik het eten al net als op de dag dat mijn avontuur begon.

Waar waren we ook al weer gebleven? Klik hier.

Of wil je bij het begin beginnen? Klik dan hier.

 

 

 

Geplaatst in Mijn tante Hetty

Tante Hetty, deel 17: Aan de keukentafel

Het stuk pizza bij Victor thuis gisteravond is het laatste dat ik gegeten heb. Dat merk ik nu ik veilig in het huis van tante ben. Ik loop naar de keuken om wat te eten te zoeken. Victor zal ook wel honger . Ik grijp de deur vast als ik een man zie opstaan vanachter de keukentafel. Wat doet die hier in de keuken van tante?
‘Je hoeft niet bang te zijn Mara.”
Hoe kan hij mijn naam weten? Ik bekijk hem van onder naar boven. Hij ziet er niet uit als een crimineel, meer als een leraar van school.
‘Ik ben van de politie.’
Hij houdt een kaart omhoog, maar van zo ver kan ik niet zien wat er op staat.
‘Je tante is veilig op het politiebureau. We zoeken je al de hele nacht.’
Ik durf weer adem te halen.
‘Hier ga maar zitten, dan kun je een beetje bijkomen van de schrik.’
Hij schuift een stoel onder de tafel vandaan. Even later krijg ik een glaasje water en mag ik zijn pasje van dichtbij bestuderen. Gert Kleinsma, rechercheur Holland Midden, 28 mei 1979. Hij kijkt streng op de foto. In het echt is hij meer een vriendelijke beer die nu naast mij komt zitten. Ik mag Gert zeggen.
‘Denk je dat je mij nu kunt vertellen waar je bent geweest vannacht?’ De rechercheur probeert mijn blik te vangen. Zijn ogen staan bezorgd. Ik besluit alles te vertellen, vanaf het moment dat ik met tante boodschappen ging doen. Als ik bij onze ontsnapping uit de tunnel ben aangeland, zie ik achter Gert iets bewegen. De rechercheur volgt mijn blik. Hij wil opstaan van zijn stoel maar Victor is sneller. Met een doffe klap landt een Afrikaans masker op het hoofd van de arme rechercheur. Hij glijdt langzaam van de stoel op de grond. Ik kniel naast hem neer. Gelukkig, hij haalt nog adem. Er zit bloed bij zijn oor. Boos kijk ik naar Victor.
‘Wat heb je nu toch gedaan? Hij is van de politie, sukkel.’
‘Hoe kon ik dat nou weten? Ik wilde je alleen maar redden.’
‘We moeten hulp halen. De man in de auto is ook van de politie. Ze hebben de hele nacht op ons zitten wachten. Tante zit op het politiebureau. Zij hebben haar computer gekraakt. Wat sta je me nu aan te kijken, ga die politieman waarschuwen.’
Gelukkig, dat zet Victor in beweging. Net als hij naar buiten wil lopen, gaat de telefoon. We kijken elkaar vragend aan. ‘Neem hem maar op Mara, anders krijgen we misschien nog meer problemen.’
‘Met Mara Nelemans.’
‘Dag Mara, met mama. Waar waren jullie gisteravond? Ik kon jullie maar niet bereiken. Ik heb goed nieuws. Vanavond vliegen we naar Nederland, is dat niet fijn? Ik ben zo blij, mag ik tante even spreken?’
‘Tante is niet thuis.’
‘Waar is Hetty dan?’
Wat moet ik zeggen zonder mama ongerust te maken? ‘Ze is op kantoor.’
’Op kantoor, het is zaterdag? Wat is er aan de hand Mara?’
‘Niets bijzonders, ze heeft het gewoon druk.’
‘Oké, vertel haar dan dat we om elf uur tien morgenochtend op Schiphol landen. We worden opgehaald. Ik zie je morgen lieverd.’
Ze heeft opgehangen. Victor kijkt me vragend aan.
‘Morgenochtend komen mijn vader en moeder terug uit Kathmandu.’

 

Waar waren we ook al weer gebleven? Klik hier.

Of wil je bij het begin beginnen? Klik dan hier.