
Ik heb een echte RIH. Een fiets die genoemd is naar het paard van Karl May. Als ik de banden goed oppomp is hij de snelste van alle fietsen. Bijna elke dag fiets ik er mee naar mijn werk. Het mooie van fietsen is dat ik de jaargetijden voorbij zie komen. Op dit moment is het heerlijk om door het fluitenkruid te fietsen en in de weilanden de lammetjes te zien. Op weg naar huis waait de wind alle muizenissen uit mijn hoofd.
Maar steeds vaker, stevig doortrappend op weg naar mijn werk, scheurt iemand me voorbij, moeiteloos. Als ik dan goed kijk, zie ik een verdikte achteras of framebuis. Daar zit een accu in. Iemand, meestal jonger dan ik fietst me op een e-bike voorbij. Vroeger herkende je deze fietsen aan een platte doos op de bagagedrager. Of met een bromfietsplaatje achterop. Daar wilde mijn moeder zelfs niet mee gezien worden.
Tegenwoordig is één op de vijf fietsen een elektrische. Op korte afstanden is het een gezond en milieuvriendelijk alternatief voor de auto. Maar wees dan een echte held en stap op een echte fiets. Tekenend vind ik dat je zo min mogelijk moet kunnen zien dat het een elektrische fiets is. Sparta gebruikt het als pluspunt in zijn reclame voor de nieuwste uitvoering. Geen SpartaMet maar een Sparta X de luxe.
Al die mooi weer fietsers willen niet weten dat ze met trapondersteuning fietsen.
Of ik jaloers ben? Welnee, ik voel me fit en gezond als ik kan fietsen. Hoewel, een enkele keer heb ik flink wind tegen en er zit een gemeen hellinkje in het nieuwe fietspad langs de N470. Dan vermaan ik mezelf: alles is beter dan op de sportschool op een band van niets naar nergens te lopen. Ik ga liever achter boeven aan.
Precies! Conditietraining op weg naar je werk, ook nog eens heel efficiënt!
LikeLike