Geplaatst in Huis, tuin en keuken

Kerstverhaal: Een hart van goud

Daar zul je de heilige Agnes hebben. Een grijs autootje stopt voor mijn huis. Een feestelijk geklede vrouw stapt uit, doet het achterportier open en sleurt haar kind van de achterbank. Dat is Kevin, die heeft vast geen zin in kerstmis met zijn familie.
Irma en Johan staan arm in arm in de deuropening op het bezoek te wachten. Ik zwaai naar ze maar ze doen net alsof ze mij niet zien. Zoek het lekker uit met elkaar, denk ik en trek de gordijnen dicht.

The Sound of Music

Ik ga vanavond gezellig naar The Sound of Music kijken. Glaasje wijn, voeten op de bank, verder heb ik niets nodig. Sinds Poekie hun krielkippen heeft doodgebeten, praten Irma en Johan niet meer met mij. Waar is Poekie eigenlijk? Ik heb haar al een poosje niet gezien. Ik loop de keuken in om haar te zoeken.
‘Poekie, Poekie, kom eens bij het vrouwtje.’
Geen reactie, ik doe de achterdeur open en roep nog eens. Niets, of toch? Een zacht klagelijk gemiauw klinkt uit de tuin van de buren. Ik loop op het geluid af. Het komt uit de regenton. Als ik het deksel op til, vind ik een half verzopen kat, mijn kat. Ik wil nog maar één ding en dat is wraak.

Lelijke heks

Met de natte kat in mijn armen stap ik de bijkeuken in van de buren. Aan het einde van de gang hoor ik gelach. Ik gooi de deur van de woonkamer open. Gelijk is het stil. Ik hou Poekie omhoog: ‘Kijk eens wat dat rotjoch heeft gedaan.’
‘Nee,’ gilt Agnes, ‘zoiets zou mijn Kevin nooit doen. Mijn jongen heeft een hart van goud.’
Ik kijk de tafel rond of ik de dader zie.
‘Hij heeft het wel gedaan Agnes, waarom zou hij anders de benen hebben genomen?’
Iedereen kijkt nu naar de plek waar Kevin daarstraks nog zat.
‘Kevin, Kevin,’ roept Agnes en als ze geen reactie krijgt: ’Waar is mijn Kevin, lelijke heks.’
‘Rustig Agnes, hij kan niet ver weg zijn,’ probeert Johan haar te kalmeren. ‘Kom, we gaan zoeken.’ Iedereen begint door het huis te rennen. Voorzichtig zet ik mijn kat op de grond. Ze strijkt haar natte lijf tegen mijn benen.

Vlierbessenwijn

‘Hier is hij, in de kelder.’
Boven aan het trapje verdringen we elkaar om te zien wat er aan de hand is.
‘Laat mij even kijken.’
‘Nee heks, jij blijft uit de buurt van mijn kind.’
‘Laat haar er langs Agnes, ze is verpleegkundige geweest.’
Ik kniel naast de jongeren neer. Zijn lippen zijn blauw. Voorzichtig voel ik zijn hals. Plots laat hij een boer midden in mijn gezicht. Ik ruik een enorme dranklucht.
‘Hij is gewoon stomdronken.’
‘Mijn zelfgemaakte vlierbessenwijn. Die was voor de trifle.’

Even later zitten we om de tafel. Johan komt de kamer in. ‘Kevin slaapt, hij mompelde nog iets over een prinses redden en een gevaarlijke tijger in het bos. Echt een jongen met een hart van goud,’  met een knipoog naar mij.

4 gedachten over “Kerstverhaal: Een hart van goud

Ben benieuwd naar jouw reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.